Barok, kenmerkend aan: overdaad aan versieringen, Reliefwerking, uitspringing gevels, optische illusies plafon, dynamiek in nissen en muurvlakken en plastische muurvlakken

Welke stroming is dit?

Romaans, kenmerkend aan: TGeschreven in een Manuscript, in kloosters kopieerde ze handmatig boeken, dit is specifiek gezien een 'Verluchting' op een stuk 'Perkament'. Herinner dat kunst in de Romaanse tijd in combinatie was met de kerk. En dus veel kunst met een christelijke toon is of geschreven in een klooster.

Vroeg Christelijk, kenmerkend aan: De symboliek, Christendom werd vaan uitgevoerd in geheem, omdat het illegaal was. Dus ze beelden hun geloof in symbolen af. Hier zie je het rho kruis erdoorheen. En een vis wat staat voor Ichtus

Romantiek, kenmerkend aan: sprookjesachtig. Herinner dat romantiek niet altijd natuur hoeft te zijn.

Rococo, kenmerkend aan: Pasteltinten, Liefelijk en Frivol, grillige rocaille vormen en ornamenten, vloeiende vormen lopen over in elkaar. Herinner ook, Rococo is lux en door, en dus een aanleiding voor de komst van de franse revolutie. Zie de goude decoraties

Neoclassisime, Kenmerkend aan : De onbelangrijke achtergrond met onverzadigde kleuren, theatrale bewegingen en onderwerp, de horizontale compositie en de heldere kleuren op de voorgrond

Romantiek, kenmerkend aan: Het exotische oosten. Rond deze tijd werden de Oriënten / mensen uit het oosten een vaker voorkomend element in kunst.

Romaans, kenmerkend aan de fresco zonder diepte, christus afgebeeld, en een aureool. In de Middeleeuwen was grootte een belangrijk element. De grootste persoon afgebeeld op een kunstwerk was het belangrijkst.

Gotiek, kenmerkend aan: Verticaal gericht, opengewerkte vormgeving, grote ramen, glas en lood + brandschilderingen, skeletbouw (ribben en pijlers) en pinakels

Realisme, kenmerkend aan: Alledaagse gebeurtenissen (een begravenis), De mensen zijn levensgroot, levensecht en niet beter afgebeeld dan ze zijn. De harde waarheid van de normale burger dus. 

Byzantijns (de Hagia Sophia), kenmerkend aan: de centraalbouw, koepel bedekt met gouden mozaïk.

Byzantijns, kenmerkend aan: de iconografie is christelijk, de aureolen, dikke contour lijnen, links en rechts de letters IC en XC, de slechte diepte en de mozaïken

Barok, kenmerkend aan: Clair-Obscur, Bijbelse verhalen.

Barok, kenmerkend aan: Grillige vormen, overdaad aan versieringen, Luxe materialen (goud), nadruk op diepte in een gebouw, nissen en golvende muurvlakken

Romantiek, kenmerkend aan: Hier wordt een sprookjesachtig element afgebeeld. In de romantiek was een kenmerk een hang naar het verleden, zoals een middeleeuws sprookjeskasteel.

Romaans, gevonden in pompeii, kenmerkend aan: Het is een fresco (muurschildering op nat gips) , en een primitieve Trompe-l'óel: een misleiding van het oog (de kamer lijkt groter) 

Gouden Eeuw, kenmerkend aan: Het is een portret die de rijke burgers en regenten konden aanvragen aanvragen van kunstenaars, Ook waren portretten tijdens de gouden eeuw in protestant Nederland vaak geschilderd, dit is een borststuk

Realisme, kenmerkend aan: Dagelijkse gebeurtenissen in het dagelijks leven, onverbloemd afgebeeld (paardenbeurs) 

Romantiek, kenmerkend aan: Het escapisme wat hier zich voorstelt in de grandioze van de natuur en de nietigheid van de mens hierin. 

Neoclassicisme, kenmerkend aan: Aandacht op de voorgrond, lege donkere achtergrond, belangstelling klassieke oudheid, Nauwkeurige stofuitdrukking, Gladde penseelvoering

Grieks-Klassiek, kenmerkend aan: De contrapost houding, de dynamische uitstraling, aandacht voor anatomie en een schoonheids ideaal. Je kan ook kijken naar de nood voor een steunpunt wat schaarser is in de Hellenistische periode

Rococo, kenmerkend aan: gebruik van pastelkleuren en erg liefelijk

De Romeinen, kenmerkend aan: De Oculus in het koepelgewelf, ook kan je de inspiratie vanaf die grieken zien met het timpaan, en de zuilen 

Romantiek, kenmerkend aan: Focus op de natuur. Ook al lijkt het misschien op het dagelijks leven en dus op Realisme, ligt de nadruk toch echt op escapisme. Het ontsnappen aan lasten en dus ook de rust van het platteland.

Grieks, kenmerkend aan: De amfoor, oftewel een overwinningsvaas. Speelt een Mythologisch verhaal af. Gemaakt van Zwart en rood klei.

Neoclassicisme, kenmerkend aan: Belang voor klassieke oudheid, theatraal in beweging en onderwerp, lege achtergrond, aandacht op de voorgrond, heldere kleuren, nauwkeurige stofuitdrukking

Grieks Hellenistisch, kenmerkend aan: Het is overdreven verfijnd, theatraal, ingewikkelde houdingen, anatomisch perfect en geïdealiseerd

Byzantijns, kenmerkend aan: De dikke contour lijnen. en de Christelijke symbolisme wat hier inhoud: rechthand in zegend gebaar, linkerhand een bijbel, lange vingens en neus, Christus draagt een blauwe mantel. Links en rechts de letters IC en XC, en een Aureool.

Gotiek, kenmerken aan: Grote raamoppervlakte, Spitsbogen, glas en lood, in de hoogte bouwen en de pinakels

Neoclassicisme, kenmerkend aan: Nieuwe belangstelling voor de klassieke oudheid. Oude griekse en romeinse steden werden opgegraven en kunst hiervan wordt herontdekt. Ik weet het, instinker

Rococo, kenmerkend aan: Lichte kleuren, Levendig, erotische en gevoelige onderwerpen en het is super speels. 

Barok, kenmerkend aan: Nadruk op bijbelse verhalen, pracht en praal voor in een kerk, luxe materialen (marmer)

Vroeg-Christelijk, kenmerkend aan: het symbolisme met de herder. De schapen symboliseren de apostelen, met jezus als herder en beschermer vann hen.

Renaissance, kenmerkend aan: De belang van perspectief, gebruik de gulden snede, en een invloed van de klassieke oudheid

Gouden Eeuw, Kenmerkend aan: Een ten voeten uit portet, een schutterstuk om specifiek te zijn (locale militia) 

Gothiek, kenmerkend aan: De glas en lood of brandschilderingen.

Romantiek, kenmerkend aan: Kenmerk aan de ongerepte natuur en de nietigheid van de mens erin.

Realisme, kenmerkend aan: Normaal persoon op een voetstuk, onverbloemd afgebeeld, echte mensen.

Gouden Eeuw, kenmerkend omdat: Het is een stilleven, een Vanitas stilleven om precies te zijn. In een Vanitas verbeelden kunstenaars het verganelijkheid van het leven. En is dus niet hetzelfde als een pronkstilleven waar luxe artikelen en delicatesse worden afgebeeld. 

Renaissance, kenmerkend aan: Meer nadruk op kloppende anatomie, juiste verhoudingen verwerkt, invloed van het christendom, elementen van de klassieke oudheid en een gevoel van perspectief